EN  |  FR

De kracht van de kaaklijn

Je traint alle spiergroepen alsof je leven er vanaf hangt. Borst, rug, schouders, armen, boven- en onderbenen en je buikspieren, natuurlijk. Maar hoe zit het met je kaakspieren? Ontwikkel je die een beetje? Want een krachtige kaaklijn wordt steeds populairder. Trainen dus dat kakement en dat doe je niet met junkfood, kunnen we alvast verklappen. Een webbericht over kaaklijnen, lichaamstypen en echt goed kauwen. Lezen dus, die handel!

Een goede fysiek ontwikkelen, daar is het in fitness en bodybuilding toch vooral om te doen. Nu zijn we de eersten die er gelijk bij zeggen dat de ‘prime directive’ van Eigen Kracht is: gezondheid eerst en de rest volgt. Dus doen we voor de ontwikkeling van een krachtige kaaklijn, die met name voor mannen (maar ook voor vrouwen) steeds populairder wordt, geen beroep op de cosmetische chirurg, die met tools als lipozuiger, scalpel en botzaag een minder testosterongestuurde kaaklijn op bestelling zal proberen om te bouwen. Ook speciale oefenprogramma’s, bijtringen, zalfjes en fillers voor een virieler voorkomen laten we aan ons voorbij gaan. We kijken naar the basics, altijd een prima idee.

Het krijgen van een strakke, krachtige kaaklijn hangt af van je vader en moeder, je lichaamstype dus. Heb je het geluk meer mesomorf (gespierd) van bouw te zijn, dan wil het met die kaaklijn vaak ook wel lukken. Aanleg kortom, dat snappen we allemaal, is de basis. Minstens zo belangrijk is te beseffen dat in de lichaamstypologie allerlei mengvormen bestaan en dat er voor de meeste mensen dus een redelijk uitgangspunt is om verder op te bouwen. Het onderhouden of ontwikkelen van een strakke kin is een combinatie van goed ontwikkelde kaakspieren en een lager lichaamsvetpercentage. In het goed kauwen komen die twee samen, zullen we zien.  

Sterke kaaklijn

Je kaaklijn wordt enerzijds bepaald door hoe zichtbaar je onderkaak is en anderzijds door de zichtbaarheid en grootte van de spieren die op de onderkaak aanhechten (vaak kauwspieren). Heb je geen terugwijkende kin van nature, een laag vetpercentage en goed ontwikkelde kauwspieren, dan heb je een strakke sterke kaaklijn. Een krachtige kaaklijn maakt je aantrekkelijk, omdat de grootte van de spieren die aanhechten aan de onderkaak sterk geassocieerd is met de grootte van de spieren van armen en benen. Heeft iemand een geprononceerde kaaklijn dan zal diegene gemiddeld eerder op de lijn van het mesomorfe lichaamstype zitten, dat wil zeggen ‘het gespierdere’ type. Dat type is ook vaker in ‘goede conditie’ is het idee. En iemand die in goede conditie is, is waarschijnlijk een geschikte partner om gezonde nakomelingen mee te krijgen. Het is een basisidee te vinden in veel wetenschappelijke artikelen over evolutie en partnerkeuze. Kort gezegd is het idee dat vrouwen kieskeurig zijn in hun keuze van het mannetje omdat zij een langere zorgplicht voor het nageslacht hebben en dus meer moeten investeren.

Beter gewicht

Mensen die beter en langer kauwen, hebben niet alleen grotere kaakspieren, maar zijn over het algemeen ook slanker. Dat blijkt onder andere uit deze Japanse en Amerikaanse studies. Vaker en langer kauwen, zorgt ervoor dat je minder grote porties eet en daardoor minder calorieën consumeert. Maar waardoor consumeer je minder grote porties en calorieën als je beter kauwt? Dat leggen we even uit.

Door langer en beter te kauwen, maakt je lichaam minder van het darmhormoon ghreline aan en neemt de TEF toe, is het idee. Ghreline zorgt in de hersenen voor het ontstaan van het hongergevoel. Als de ghrelineconcentratie van het bloed afneemt, neemt ook het hongergevoel af en neemt je calorie-inname af. Ook neemt dus de TEF toe als je beter en langer kauwt, blijkt uit studies uitgevoerd door Japanse onderzoekers in 2014 en 2015. TEF staat voor Thermic Effect of Food en is de hoeveelheid energie die gebruikt wordt om datzelfde voedsel te verteren en op te nemen. Hoe hoger de TEF, hoe hoger het energiegebruik om dat voedsel te verwerken en dat is gunstig voor mensen die kilo’s kwijt willen.

Praktische tips 

Wellicht riep je vader, of moeder vroeger al dat je niet zo moest schrokken, maar beter moest kauwen. Jaahaaa, snauwde je dan half kauwend terug. Nu blijkt dat ze (weer) gelijk hadden. Maar hoe kun je er nu voor zorgen dat je beter kauwt? Zorg er voor dat je bewust je maaltijden en snacks consumeert. Dus niet achter je PC, of voor de TV, maar ga aan de keukentafel zitten en neem de tijd om te eten. Probeer bewust minimaal 20 keer te kauwen, voordat je je hap doorslikt.

Knikker ook die voedingsmiddelen de deur uit waar je bijna niet op hoeft te kauwen, voordat je het kan doorslikken. Dat betekent veelal bewerkte voedingsmiddelen zoals koek, snoep, fastfood vervangen door intact vers fruit, groente en peulvruchten. Kook overigens die groente niet helemaal tot pulp, maar zorg dat er nog iets te kauwen valt en kauw wat langer op die zure appel. Vervang verder sterk bewerkt vlees als gehaktballen, hamburgers en separatorvlees door een stuk vlees dat nog te herkennen is als vlees, zoals biefstuk, hamlap, kip- en kalkoenfilet.

Elimineer verder de vloeibare koolhydraten uit je voedingspatroon en vervang ze door vast voedsel. Voedsel waar je op kauwt, wordt door de hersenen geregistreerd als voedsel. Vast voedsel blijft ook langer in je maag, dan vloeibare koolhydraten, waardoor vast voedsel opnieuw wordt geregistreerd. Als gevolg van deze vaste voedselregistraties treedt er duurzame verzadiging op. Vloeibare koolhydraten hebben dat gunstige, verzadigende effect niet, met als gevolg een veel hogere calorie-inname. Vloeibare koolhydraten zijn alle frisdranken, maar ook de listige sappen en smoothies met hun gezonde imago. 

Kortom, voedsel waar je goed op moet kauwen helpen kaakspieren te ontwikkelen en je lichaamsvetpercentage te verlagen. Zo min mogelijk gemaksvoeding eten is bovendien een stuk gezonder. Ook kauwgum kauwen helpt de kauwspieren te ontwikkelen, maar het is hier als met alle training, maak het niet te gek!

Actiehelden hebben altijd een krachtige kaaklijn en daar is zelf een tekenfilm op gebaseerd. Enter the Crimson Chin.

Dossiers: