De boeken van Bean
Anita Bean, voormalig Brits kampioene bodybuilding schreef twee prima boeken waar iedere bodybuilder en krachttrainer zijn voordeel mee kan doen. Het gaat om ‘Het complete handboek sportvoeding’ en ‘De complete gids voor krachttraining’. Hier een redelijk ‘complete’ recensie van haar boeken.
Sportvoeding
The complete guide to sports nutrition, zoals het boek van Anita Bean oorspronkelijk heet, is een goede introductie op dit gebied voor de beginnende bodybuilder en krachtsporter. De materie wordt helder uitgelegd en het boek heeft een logische opzet. Na de inleiding begint het met een hoofdstuk over energie, wat het is, hoe het omgezet wordt, hoe de verschillende energiesystemen (anaërobe en aërobe systemen) in het lichaam werken, hoeveel energie koolhydraten, eiwitten en vetten leveren, een en ander geïllustreerd met hele verduidelijkende tekeningetjes. Daarna volgen aparte hoofdstukken voor koolhydraten en eiwitten, terwijl de vetten meer over de verschillende hoofdstukken verwerkt aan bod komen. Uiteraard komen ook de vitamines, mineralen en een aantal van de bekendste supplementen aan bod. Er is een apart hoofdstuk over ergogene (prestatieverhogende) middelen en een hoofdstuk over dranken voor dorstige sporters. Voor afslanken, gewichtscontrole en gestoord eetgedrag heeft Bean vier aparte hoofdstukken uitgetrokken. Ze sluit af met een praktisch hoofdstuk waarin onder andere wordt uitgelegd hoe het zit met koolhydraatladen. Naast de helderheid van het boek is positief dat ze uitgaat van de resultaten in de (sport) voedingswetenschap en zich niet verliest in allerlei merkwaardige voedingstheorieën waarmee de markt wordt overspoeld. De allerlaatste onderzoeksresultaten over CLA of glutamine hoef je bij haar niet te zoeken, maar wie een heldere inleiding over sportvoeding wil lezen, is bij Het complete handboek sportvoeding (2001, uitgeverij Deltas) aan het juiste adres.
Krachttraining
Een jaar na haar sportvoedingsboek schreef Bean The complete
guide to strength training, waarvan de tweede druk
recentelijk in het Nederlands is verschenen onder de titel De
complete gids voor krachttraining (2004, uitgeverij Elmar).
Opnieuw een duidelijke introductie, met veel aandacht ook voor de
voeding en een apart hoofdstuk voor ‘veel voorkomende’ problemen
die de progressie in kracht en spierontwikkeling in de wielen
rijden, zoals te veel sets en oefeningen doen, onvoldoende rust
nemen, verkeerde volgorde van oefeningen en het onvoldoende
plannen en controleren van de progressie.
Het boek is opgebouwd in vier delen: het plannen van een
krachttrainingsprogramma, met hoofdstukken over beginnen,
motivatie en kennis van de spieren, deel twee waarin alle
spiergroepen worden besproken, deel drie waarin
trainingsprogramma’s en methoden aan bod komen en het al genoemde
verhelpen van veel voorkomende problemen en het laatste deel is
gewijd aan ‘krachtvoeding’.
De vertaling van het boek is erg stijf en duidelijk gedaan door
een buitenstaander, die een paar merkwaardigheden in het boek
niet heeft opgemerkt. Zo staat er in het eerste hoofdstuk
‘Beginnen’ een en ander over de stofwisseling en calorische
behoefte van de sporter. Die wordt veel te hoog geschat. Zo wordt
uitgegaan van een energieverbruik in ruste van de spieren van 80
calorieën per kg spiermassa. Nemen we dan een gemiddeld
persoontje van 70 kg, die zeg een lichaamsvetpercentage heeft van
16- 17%. Die heeft een vetvrije massa van ongeveer 58 kg. Zijn
calorische behoefte in rust alleen al zou dan komen op 58 x 80
calorieën is 4640 calorieën en daar zou dan nog een toeslag voor
dagelijkse inspanning en een sporttoeslag voor moeten komen. Dan
zit je al gauw aan de 6000 calorieën. Doe daar maar gerust de
helft af, want op deze basis groei je weliswaar explosief, maar
niet in spiermassa! Afgezien van deze misser en de stijve
vertaling is het boek toch de moeite waard.